• Welkom op 'planet Rolex' en haar bewoners

De Ferrari 250 GTO: van een ongekende schoonheid
Door: admin

250gto3:4front

innes-ireland-and-the-ferrari-250-gto-04-sm

De Ferrari 250 GTO is een GT auto die door Ferrari werd gemaakt van 1962 tot 1964 voor de homologatie voor de FIA’s Groep 3 Grand Touring Car categorie. De ‘250’ in de naam staat voor de cilinderinhoud van 1 cilinder uitgedrukt in kubieke centimeters en GTO staat voor ‘Gran Turismo Omologata’, Italiaans voor ‘Grand Touring Homologated’. Nieuw was de GTO voor $ 18.000 te koop in de USA en kopers moesten persoonlijk goedgekeurd worden door Enzo Ferrari en zijn dealer in Noord-Amerika, Luigi Chinetti.

In de jaren 62/63 werden er 36 GTO’s gefabriceerd. In 1964 werd de ‘Series II’ geïntroduceerd met een iets ander uiterlijk. Drie van deze auto’s werden gemaakt en vier ‘Series I’ werden omgebouwd naar de 1964 versie. Dit bracht het totale productie aantal van de GTO op 39.

250gto:II

Afb.: Ferrari 250 GTO ‘Series II’

De 250 GTO werd ontworpen om ingezet te worden in GT Racing. Hij was gebaseerd op de 250 GT SWB. Hoofd ingenieur Giotto Bizzarini plaatste de 3 liter V12 motor uit de 250 Testa Rossa in het chassis van de 250 GT SWB en werkte samen met ontwerper Sergio Scaglietti om de koets te ontwerpen. Nadat Bizzarini en de meeste andere Ferrari ingenieurs ontslagen waren na een meningsverschil met Enzo Ferrari werd het ontwikkelingstraject overgedragen aan Mauro Forghieri. Deze werkte samen met Scaglietti om het ontwikkelen van de buitenkant van de auto voort te zetten, inclusief de windtunnel en het testen op de baan. In tegenstelling tot de meeste Ferrari’s was de 250 GTO niet ontworpen door een specifiek individu of ontwerp bureau.

220px-1962_Ferrari_250_GTO_engine

Afb.: de V12 van de 250 GTO

De rest van de auto was typerend voor de Ferrari technologie in het begin van de jaren 60: een hand gelast buizenframe, A-arm voorwielophanging, ‘live-axle’ achterwielophanging, schijfremmen en Borrani spaakwielen. De oorspronkelijk door Porsche ontworpen vijf versnellingsbak was nieuw in de Ferrari GT raceauto’s; de metalen plaat waar binnen de versnellingspook schakelde werd een traditie voor Ferrari die tegenwoordig nog steeds te vinden is in de nieuwe modellen. Het interieur was extreem basaal, een snelheidsmeter ontbrak zelfs op het dashboard. Veel van de schakelaren kwamen van de Fiat 500.

250GTO:inter

Afb.: het interieur van de 250 GTO

De regels van de FIA in 1962 vereisten dat er minimaal 100 exemplaren van een auto gebouwd waren om gehomologeerd te worden voor de Groep 3 Grand Touring Car races. Echter, Ferrari maakte slechts 39 exemplaren van de 250 GTO: 33 ‘normale’ auto’s, 3 met de vier liter 330 motor (ook wel de 330 GTO genoemd, herkenbaar aan de grote bult op de motorkap) en 3 ‘Type 64’ auto’s met een veranderd uiterlijk. Ferrari omzeilde de FIA regels door de chassisnummers niet in sequentie door te nummeren waardoor ze suggereerden auto’s te hebben gebouwd die niet bestonden.
De 250 GTO debuteerde bij de 12 Hours of Sebring in 1962, bestuurd door de Amerikaan Phil Hill (op dat moment de wereldkampioen Formule 1) en de Belg Olivier Gendebien. Hoewel het duo bij aanvang geïrriteerd was dat ze een GT klasse auto moesten rijden in plaats van een full-race Testa Rossa strijdend in de prototype klasse, maakte het ervaren koppel grote indruk op zichzelf en iedereen daar omheen door als 2e te eindigen achter de Testa Rossa van Bonnier en Scarfiotti.
Vervolgens kwamen er overtuigende overwinningen op Goodwood in Engeland en in Frankrijk op de circuits van Auvergne en Monthlery waar de Ferrari’s vier van de vijf bovenste posities claimden.
Op Le Mans wonnen Jean Guichet en Pierre Noblet de GT klasse en eindigden ze op een onvoorstelbare tweede plek met een gemiddelde snelheid van 113,077 mph (182,673 km/u) die alleen overtroffen werd door de snelheid van de winnende Ferrari 330 LM, 115,245 mph (185,469 km/u). De andere GTO’s kwamen op afstand binnen op een derde en zesde plek. Later dat jaar werden er nog 2e plaatsen behaald op de Nurburgring en op het circuit van Bridgehampton (USA).
In 1963 waren de prestaties vergelijkbaar met die van ’62. Overall overwinningen werden behaald op Daytona, Florida (Pedro Rodriguez), Spa in België (Willy Mairesse), bij twee grote Goodwood races (Mike Parkes en Graham Hill) en in de Tour de France (Guichet/Jean Behra). Op Le Mans won de 250 GTO wederom de GT klasse en eindigde als tweede overall.
Uiteindelijk zou de 250 GTO in 1962, 1963 en 1964 de FIA International Championship for GT Manufacturers in de klasse boven de 2 liter gaan winnen. De 250 GTO was een van de laatste auto’s met een voorin geplaatste motor die competitief bleef in de top van de autosportwereld.

250GTO:zwfoto

250gto:front

Hieronder volgen de belangrijkste technische gegevens van de 250 GTO:

Engine
Typefront, longitudinal 60° V12
Bore/stroke73 x 58.8 mm
Unitary displacement246.10 cc
Total displacement2953.21 cc
Compression ratio9.8 : 1
Maximum power221 kW (300 hp) at 7400 rpm
Power per litre102 hp/l
Maximum torque-
Valve actuationsingle overhead camshafts per bank, two valves per cylinder
Fuel feedsix Weber 38 DCN carburettors
Ignitionsingle spark plug per cylinder, two coils
Lubricationdry sump
Clutchsingle-plate
Chassis
Frametubular steel
Front suspensionindependent, unequal-length wishbones, co-axial coils and telescopic shock absorbers, anti-roll bar
Rear suspensionlive axle, twin radius arms, semi-elliptic springs, co-axial coil springs and telescopic shock absorbers
Brakesdiscs
Transmission5-speed + reverse
Steeringworm and roller
Fuel tankcapacity 130 litres
Front tyres6.00 x 15
Rear tyres7.00 x 15
Bodywork
Typetwo-seater berlinetta
Length4325 mm
Width1600 mm
Height1210 mm
Wheelbase2400 mm
Front track1354 mm
Rear track1350 mm
Weight880 kg (dry)
Performance
Top speed280 km/h
Acceleration 0-100 km/h-
0-400 m-
0-1000 m-
Note to the Technical Details
The listed details are those published by Ferrari at the model’s presentation. For the models produced in the participating in these two categories) and Gran Turismo. (the road-going cars, many of which also took part in various international races).
first years no external measures of the body were given, because those could vary from car to car. All models from Ferrari have been divided into three categories: single-seater, Sport/Prototype (theThe year of all the models’ introductions is the debut in competitions for the single-seaters and Sport /Prototypes and the official presentation as far as the Gran Turismo are concerned.

1962-ferrari-250-gto-3445gt

stirling-moss-ferrari-250-gto

250gto:3809GT:zw

250gto:4491GT:pits

ferrari-250-gto-2

ferrari-250-gto-V12

Jaap Bakker

Geef een reactie

mei 15th

21:45
Ferrari